Dorsen met vlegel
Je zou misschien denken dat een boer het in de winter wat rustiger aan kon doen, maar er waren volop werkzaamheden die juist in de wintermaanden gedaan moesten worden, zoals het dorsen. Toen dit nog met de hand, met een dorsvlegel, gedaan werd, kostte deze klus veel tijd.
De garven werden daarvoor van de banden ontdaan en op de gelegd. Ze werden daarbij zo uitgespreid dat de koppen met de aren over elkaar kwamen te liggen. Dan kon het dorsen beginnen en na een dorsgang werden de bovenste garven onderop gelegd om een nieuwe serie te maken. Het stro werd daarna weer aan garven gebonden en de aren bijeen geveegd om de vloer klaar te maken voor een nieuwe dorsgang. Drie dorsers waren daar minstens een half uur mee bezig.
Het dorsen zelf vereiste enige oefening. De dorsers moesten namelijk ‘slag houden’. Tussen het beurtelings neerkomen van de dorsvlegels mocht weinig tijd zitten. De regelmaat van het op- en neergaan van de vlegels was prachtig om te zien, maar het was ook zeer zwaar werk.
Om het dorsen sneller te laten verlopen, werden meer mensen tegelijk aan het dorsen gezet. Zoals dat vaak op het platteland gaat, werden de buren ingeschakeld om mee te helpen. De boer hielp op zijn buurt dan ook zijn buurman bij deze klus.